Het Friendship Sports Centre in Amsterdam-Noord wordt een zogenoemd Positive Energy District (PED) en kan energie gaan leveren aan omliggende woningen, zo is het plan. Een consortium onder aanvoering van TNO onderzoekt de technische en financiële mogelijkheden.
Het Friendship Sports Centre is volgens informatie op de eigen website het enige sportcentrum in Europa geschikt voor kinderen en jongeren met een beperking. Wekelijks maken zo’n 2.000 kinderen gebruik van de faciliteiten. Inkomsten komen onder meer uit het verhuren van vergaderzalen en een bakkerij waar jongeren met een beperking kunnen werken. “Mensen die moeilijker meekomen zijn daar op hun plek”, zegt Maurice Hanegraaf, ontwikkelaar bij TNO. “Persoonlijk vind ik het heel mooi en inspirerend wat ze daar doen.”
PEDFriendship
Het aflopen van het energiecontract is voor het Friendship Sports Centre de aanleiding geweest om het project PEDFriendship op te starten, legt Hanegraaf uit. Eerste doel: het naar beneden krijgen van de eigen energielasten, om niet verrast te worden door toekomstige ontwikkelingen in energieprijzen. “Ik werd verder getriggerd door het feit dat er sportvelden zijn, de ondergrond in Amsterdam erg geschikt is voor energieopslag en er een zwembad is. Een WKO ligt voor de hand. Ik zag, kortom, een aantal mogelijkheden om voor de lange termijn goede keuzes te maken die de kosten beheersbaar houden én wellicht de mogelijkheid bieden om energie te leveren aan omliggende woningen. Dat zou een extra inkomstenbron voor het sportcentrum kunnen betekenen en het centrum sterker integreren in de omgeving.”
Naast energieneutraal maken van het sportcentrum is dus energieleverancier worden voor de omgeving een tweede, meer overkoepelend doel van het project, dat een looptijd heeft van een jaar (tot februari 2026) en PPS-programmatoeslag subsidie heeft gekregen van TKI Urban Energy (project nummer 2421403).
Scenario’s
TNO onderzoekt in het project samen met Antea Realisatie, Aendless Energy en KLIK Klimaattechniek de technische mogelijkheden voor het winnen en opslaan van hernieuwbare energie. De ingrediënten zijn warmtecollectoren onder de sportvelden en de atletiekbaan, een warmtepomp, een WKO, pv-panelen op het dak, eventueel méér zonnecollectoren op het dak, plus een batterij. “Dat zijn de elementen waarmee we gaan optimaliseren”, zegt Hanegraaf.
Insteek: welke configuraties zijn geschikt voor het sportcentrum zelf en de omgeving? “Daarbij kijken we ook naar dynamische energieprijzen: als we meer energie kunnen opslaan, kan het interessant zijn om de warmtepomp extra aan te zetten als de prijzen laag zijn, en energie in de buffer op te slaan om die in de winter te kunnen verkopen.”
Theoretisch potentieel van de twee aanwezige sportvelden en atletiekbaan is om warmte te oogsten voor ongeveer 750 huizen, maar daar gaat het eigen verbruik van het sportcentrum nog af. Temperatuur- en renovatieniveaus spelen hierin ook een grote rol. “We rekenen diverse scenario’s door. Daarbij gaat het over een paar honderd tot 2000 woningen”, zegt Hanegraaf. “Een hoog-over doel van het project is natuurlijk dat er in Nederland veel sportvelden liggen in de buurt van de gebouwde omgeving. Dit biedt kansen voor opschaling.”
Warmte-afname
Over de warmte-afnamekant zijn de partners in het project in gesprek met de gemeente Amsterdam, woningcorporaties en ontwikkelaars. “We onderzoeken de maximumcapaciteit en de businessmodellen die daarbij passen. Na ingang van de Wcw is het toegestaan om warmtelevering tot 1500 woningen zelf te organiseren. Wordt het groter, dan moeten we met lokale netbeheerder aan de slag en wordt het complexer.”
Concrete resultaten van de doorrekeningen liggen er nog niet. Zo gauw die er zijn, en er een interessant aanbod uitrolt voor de omgeving, start de volgende gespreksronde. “De afnamekant organiseren is lastig, dat is hier niet anders. Duidelijk is wel dat er veel portiekflats op de nominatie staan voor verduurzaming. Die willen wij graag onze propositie kunnen bieden.”
Warmtecollectoren sportvelden
Warmtecollectoren onder kunstgrasvelden: dat deden Aendless Energy en Antea Realisatie samen al vaker de afgelopen jaren. De insteek: collectoren die vlak onder de oppervlakte van een kunstgrasveld worden gelegd, vangen zonnewarmte en omgevingswarmte in. In de zomer loopt de temperatuur van het water in de leidingen op tot 25 graden. Die warmte wordt opgeslagen in een WKO of andere vorm van seizoensopslag en dient in de winter als bron voor een warmtepomp of een laagtemperatuur warmtenet.
De aanpak met veldcollectoren is al uitgeprobeerd op een kunstgrasveldje in Zwolle. Uit meetresultaten van dat project volgt dat de opbrengst 1,2 gigajoule per vierkante meter per jaar is. Op basis daarvan berekenden de onderzoekers dat één volledig kunstgrasveld met collectoren 200 tot 400 woningen van warmte kan voorzien (de hoeveelheid afhankelijk van woningtype en isolatiegraad).
Bij Sv Donk in Gouda is in 2025 een kunstgrasveld deels voorzien van collectoren. Hiermee wordt het eigen clubgebouw verwarmd.
In het PEDfriendship-project worden de warmtecollectoren ook getest onder de atletiekbaan. Voor Aendless Energy komt het idee vanuit de Road Energy systematiek, waarbij asfaltcollectoren worden ingezet als warmtebron.
Meer informatie:
Het project in Amsterdam-Noord wordt mogelijk gemaakt door:
-
Friendship Sports Centre – Eindgebruiker en initiatiefnemer
-
TNO – Onderzoek en simulaties van het energiesysteem, project penvoerder
-
KLIK Klimaattechniek – Ontwerp en inpassing van bodemenergiesystemen
-
Antea Realisatie – Ontwikkeling van warmtecollectoren in de atletiekbaan
-
Aendless Energy – Businessmodellen en innovatieve samenwerkingsvormen
Daarnaast wordt actief samenwerking gezocht met bewoners, Gemeente Amsterdam en woningcorporaties.
Het project is uitgevoerd met PPS-programmatoeslag subsidie van het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat voor TKI Urban Energy, Topsector Energie.